Trauma en dissociatie horen bij elkaar omdat jezelf ‘wegmaken’ vaak de enige mogelijkheid was…
Trauma en dissociatie horen bij elkaar omdat jezelf ‘wegmaken’ vaak de enige mogelijkheid was…
Wat is Trauma?
Trauma is niet een gebeurtenis, maar een neurobiologische reactie daarop. Als we iets meemaken dat te overweldigend is voor onze draagkracht en natuurlijke coping, en er geen mogelijkheid is tot ontlading of steun, dan kiest het neurobiologische systeem voor overleving. Dat is een directe reactie van het brein, gericht op veiligheid als primaire taak.
Zeker als dit vroeg in het leven gebeurt, en het niet om één moment maar om een patroon gaat, ontwikkelt de neurobiologie zich richting overleving. Dan spreken we van ontwikkelingstrauma: niet ontstaan door een specifiek incident, maar door een gebrek aan veilige hechting. De enige logische conclusie voor een kind is dan dat er iets mis is met wat het voelt of doet.
Dit is de meestvoorkomende vorm van trauma. De hersenen en het lichaam ontwikkelen zich dan niet vanuit veiligheid en verbinding, maar vanuit de noodzaak om afwijzing te voorkomen.
Wat we normaal als ‘onszelf’ beschouwen – hoe we denken, voelen en handelen – is dan eigenlijk gebaseerd op overlevingsstrategieën. Deze aanpassing wordt onderdeel van je ‘default’-staat en voelt vanzelfsprekend. Het is niet iets waar je bewust voor kiest, maar hoe je brein zich heeft georganiseerd.
Een getraumatiseerd brein
Een aantal dingen is anders aan een brein dat zich structureel heeft aangepast aan onveiligheid. Klik of tik op de regels voor meer toelichting:
Wat er heel vaak gebeurt in een neurobiologie dat zich heeft ontwikkeld vanuit overleving, is dat je je gaat richten op de buitenwereld voor verklaringen, controle en oplossingen. Je hebt immers geleerd dat de focus daarop je veilig houdt; dan voldoe je tenminste en doe je zo min mogelijk ‘fout’ en is de kans op afwijzing het kleinst. Je moet niet naar jezelf luisteren, want als dat structureel wordt afgewezen en beschaamd, dan is het duidelijk dat je dat maar beter zoveel mogelijk kunt wegduwen.
Dat uit zich bijvoorbeeld in:
- Over-analyseren en overdenken
- Pleasen en veiligheid zoeken bij anderen
- Vermijden van situaties of mensen, tot op isoleren af
- Snel en groots grenzen aangeven
- Altijd bezig en afgeleid willen zijn óf juist volledig verstarren en niets meer gedaan krijgen
- Perfectionisme en hyperfocus
- Verdoven of opwekken van gevoel via eten, gedrag of middelen. Met risico op verslaving
- Controle vinden in over-organisatie, structuren of handelingen
Dit alles zijn automatische, onbewuste reacties. Het ‘gewoon anders doen’ lukt daarom niet. Er is eerst iets anders nodig: een neurobiologie die veiligheid leert herkennen en daar haar organisatie op kan aanpassen.
Dissociatie wordt vaak gezien als een stoornis, als iets wat niet hoort te bestaan. Maar wat als we het eens vanuit een ander perspectief bekijken?
Wat is Dissociatie?
Dissociatie klinkt vaak als iets geks of ernstigs, maar het is iets wat iedereen doet. Als je opgaat in een boek of film, de weg naar huis niet meer bewust hebt meegekregen, of naar een telefoonscherm zit te staren zonder iets bewust te registreren, dan zijn dat vormen van dissociatie. Je aandacht voor jezelf en de huidige realiteit schakelt tijdelijk uit. Dat is normaal. Het is ook ons meest primaire overlevingsmechanisme.
Als je niet kunt vluchten of vechten in een onveilige situatie en jezelf dus niet lijflijk in veiligheid kunt brengen, dan schakelt je systeem over op interne afwezigheid. Dan hoef je niet volledig het moment te beleven en niet te voelen wat er intern gebeurt. Dan is dissociatie een verdedigingsmechanisme van je neurobiologie. En als dat vaak gebeurt, of al jong begint, wordt het een structureel en ‘normaal’ patroon.
Zeker als je als kind in een omgeving opgroeide waarin onveiligheid aanwezig was, dan kan je niet vluchten of vechten. Dus is dissociëren de beste optie om ‘uit te checken’. En die onveiligheid is niet alleen geweld of extreme verwaarlozing. Ouders die zelf dissociëren en daardoor met name niet emotioneel en met aandacht aanwezig kunnen zijn, dominant of zelfs agressief gedrag vertonen, zijn niet veilig voor een kind omdat die nou eenmaal ouders nodig heeft om te overleven.
Als dissociatie je automatische standaardreactie is geworden op spanning of onveiligheid, dan hebben we het uiteraard wel over iets anders dan je verliezen in een boek. Het is dan niet meer tijdelijk en bewust, maar automatisch en kun je niet op wilskracht zomaar uit die staat komen. Vaak herken je het niet eens omdat het zo normaal voor je is. Je neurobiologische systeem moest zich zo gaan organiseren omdat niet-aanwezig zijn veiliger voelt dan aanwezig zijn in overweldigende ervaringen. Het gaat zich dus op de buitenwereld richten om daar controle te vinden.
In het geval van trauma was dissociëren dus van levensbelang en is het een normaal onderdeel van je default staat geworden
Dissociatie kan er als eigen ervaring op veel manieren zijn:
- Geen connectie hebben met je lijf en wat je voelt.
- De realiteit is onwerkelijk, lijkt ver weg of is onscherp.
- Je weet niet meer wat je vorige jaar of zelfs een uur geleden hebt gedaan.
- Je wisselt snel tussen (extreme) staten, maar kan je daar achteraf weinig meer van herinneren of je herinnert het je minder extreem.
- Het lijkt alsof je gedrag of gedachten niet van jou zijn en het van buitenaf observeert.
Allemaal uitingsvormen van hetzelfde beschermingssysteem.
Dissociatie en maatschappij
Onze samenleving versterkt dissociatie. Alles draait om begrijpen, presteren, bewijzen en aanpassen. Dat is precies hoe een systeem in overleving ontstaat en niet kan helen. Als kind leren we al dat wat we voelen, denken of behoefte aan hebben afhankelijk is van de mening van de volwassenen en systemen om je heen, en de ruimte die zij daarvoor toestaan. Hier ontstaat een disconnectie en maatschappijbreed een bepaalde, algemene mate van dissociatie en trauma. En toch verwachten we dat mensen zich maar gewoon niet aanstellen en het verleden achter zich laten, patronen doorbreken, zich krachtig manifesteren en vervelende gevoelens loslaten. Dat kunnen we wel willen, maat het is neurobiologisch gezien onmogelijk.
Dissociatie is dus niet raar. Het is normaal gedrag in rust, een automatische reactie op onveiligheid én iets wat onze maatschappij actief aanmoedigt en in stand houdt.
Geinteresseerd?
Bekijk de mogelijkheden voor therapie of bekijk het trainingsaanbod




